 |
Boven: De prachtige draf- en renbaan Woestduin in 1908.
De wedders konden kiezen tussen links de bookmakers met hun
plankjes, waarop de vooraf afgesproken vaste cotes staan,
of bij de totalisatorkiosk (in de verte) waar de uitbetaling
na de koerswerd berekend. De koersbaan moest in 1911 worden
gesloten wegens het Totalisatorverbod van de overheid.
Anno 2025 zijn er mogelijkheden met wedden op de baan en
thuis on-line. De NL-wedkantoren worden in 2025 gesloten.
In de toekomst zal alles on-line gaan, via de telefoon of
de laptop, en dat hoeft in principe niet ongunstig te zijn.
Toch zijn er grote zorgen. De staat pakt als een legale dief
een steeds groter hap uit onze ruif, waardoor er voor de
wed-organisator en onze sport steeds minder overblijft.
In 2026 wordt door de staat ca. 40 % van het netto
spelresultaat (inleg minus uitbetaling) ingepikt. Wat blijft
er dan nog over voor de wed-aanbieder en voor de sport?
Daarnaast verhoogt de overheid de kosten door steeds
meer eisen en voorwaarden aan de
wed-organisaties te
stellen. Een interview met Paul Klomp van ZEturf maakt
duidelijk hoe het zit en hoe zorgelijk de toekomst van
onze sport eigenlijk is.
Onderstaand artikel is met toestemming overgenomen
uit het weekblad Draf&Rensport nr. 17 van 23 april 2025
Auteur: Piet van de Poel
Reken niet meer op de totalisator
Van oudsher bekijken we naast de uitslagen van de kooersen ook de totalisator-omzet. Die toto-omzetten zijn tenslotte de kurk, waarop de drafsport drijft. Maar dat is niet meer zo. In de toekomst wordt de afdracht van ZEturf alleen maar kleiner. De drafsport zal andere inkomsten moeten aanboren, anders rijden we straks alleen om een bos bloemen.
Dit wordt geen blij verhaal. Toen de uitslagen van de koersen nog in de Telegraaf gepubliceerd werden, stond aan het
einde daarvan altijd de omzet op de totalisator. Banen als Nootdorp en het oude Wolvega, Lindenoord, hadden altijd rond de
200.000 gulden omzet. Duindigt haalde in een topweekend weleens een miljoen gulden. Grote bedragen. Iedereen weet dat deze
tijden al lang voorbij zijn. Maar hoe is de situatie nu precies? Paul Klomp, managing director van ZEbetting & Gaming Nederland
BV (voor de draf- en rensport ZEturf), legt uit hoe het zit. Als je naar het CV van Klomp kijkt op Linkedln dan wordt de indruk gewerkt dat hij een job hopper is.
Elke keer een andere baan. Niets is minder waar. Hij werkt al 26 jaar bij dezelfde organisatie. Alleen krijgt die elke keer een
andere naam. Autotote, Scientific Games (Racing), Sportech Racing, Runnerz en vanaf 2018 ZEturf. Uiteindelijk allemaal hetzelfde bedrijf. In de decennia daarvoor hadden we nog Ladbroke, Champions, Hippototo, SENS, Stichting Totalisator Nederland, etc.
ZEturf is op zijn beurt weer een dochter van FdJ (Francaises des Jeux). FdJ is in Frankrijk een concurrent van de PMU. Die laatste heeft in Frankrijk het monopolie op de landgebonden (offline) verkooppunten voor het wedden op paarden, maar weer geen
monopolie op het online wedden. Dat is een open markt, waarop FdJ zich ook begeeft.
Huidige situatie (2025)
ZEturf huist tegenwoordig in een bescheiden kantoorgebouw in Rijswijk. We spreken elkaar in een vergaderzaal met daarin een
levensgrote foto van een volgepakt Wolvega, die de gehele achterwand beslaat. De situatie in de Nederlandse wedmarkt is complex. Er zijn Nederlanders die op de Nederlandse koersen spelen, Nederlanders die op de buitenlandse koersen spelen en buitenlanders die op de Nederlandse koersen spelen. Aan die laatste groep heeft ZEturf niets. Die vallen onder andere overeenkomsten. Paul
Klomp: "Er is nieuwe wetgeving met enorm toegenomen regeldruk. De belastingen op kansspelen zijn enorm toegenomen en de
markt is opengebroken door het legaliseren van online gokken. Om te beginnen hebben we het traditionele wedden op de baan. Dat
is het offline gedeelte. Daar schrijven we al jaren rode cijfers mee. Ga maar na: het inhuren van medewerkers, de beveiliging,
het geldtransport, de reiskosten e.d. zorgen ervoor bijna iedere reguliere lange baanmeeting gemiddeld zo'n 1.000 verlies
oplevert. De topmeetings zorgen voor onvoldoende compensatie van de verliezen op andere dagen. Dan laten we de overhead
op kantoor zelfs buiten beschouwing. Alleen met de kortebaan schrijven we zwarte cijfers.
Gelukkig hebben we degelijke terminals, maar je begrijpt dat het, net zoals in Zweden, eigenlijk niet meer loont om in nieuwe soft- en hardware hiervoor te investeren. Ons contract loopt nog twee jaar, dus de horizon hiervoor is te kort, het volume te gering en zijn de investeringskosten te hoog om dit te doen." Op de baan wordt 40-60 % van de omzet gerealiseerd. In Duitsland is dat gemiddeld 23 %. De rest is dus online.
Regeldruk
"De wetgeving zorgt ervoor dat de administratieve druk op de wedaanbieder enorm is toegenomen. Terecht natuurlijk dat we een
zorgplicht hebben, maar de wetgever stapelt regeling op regeling, waardoor we juist meer mankracht moeten inhuren om te voldoen
aan alle regels. Per 1 maart 2025 is een nadere invulling gekomen door de Kansspelautoriteit van de wet waarbij de
verantwoordelijkheid voor de preventie van verslaving bij de operator, bij ons dus, is komen te liggen. Dus zijn er nu limieten
gekomen van tijdsduur en hoogte van de te spelen bedragen: 700 per maand en 350 voor jong volwassenen. Boven deze bedragen
moet er een persoonlijk contactmoment komen. We moeten beoordelen of mensen zich wel kunnen veroorloven om te spelen. Dat gaat echt ver, met bankafschriften en loonstroken. Mensen willen dat natuurlijk niet, waardoor je een grote kans krijgt dat grote spelers weer naar het illegale circuit gaan. Veel spelers willen dat anoniem doen. We hebben echt geen high rollers die tonnen
per jaar spelen. Af en toe weleens iemand die 1.000 winnend speelt, maar zeker niet structureel. We hebben dus meer mensen
nodig om alles te controleren, terwijl we wedders van ons afstoten, zodat tegelijkertijd de opbrengsten afnemen. Dat is in de gehele markt een ongezonde situatie. Onze klanten begrijpen het wel, maar ze zeggen ook weleens dat het makkelijker is om een
hypotheek af te sluiten dan op de V75 te spelen."
Belastingmaatregelen
Dan hebben we bovendien nog de fiscale maatregelen. Wie oud genoeg is herinnert zich nog de zogenaamde 'melder'. Als het trio
of een andere weddenschap meer dan 1.000 gulden uitbetaalde, kon de wedder 25 % daarvan afdragen aan de belastingdienst. Uitbetalingen onder dat
bedrag waren onbelast. Daar kunnen we nu met heimwee aan terugdenken. Dit is de ontwikkeling in grote lijnen:
Vóór 1 oktober 2021: 29 % belasting op een uitbetaling groter dan 449 (= 1.000 gulden). Met een vrijstelling dus voor prijzen onder dit bedrag.
2022: bronbelasting (een belasting voor de kansspelaanbieder) 29 % op het gehele bruto spelresultaat (inleg minus uitbetaling).
2023: kleine verhoging naar 29,5 %.
2024: bronbelasting 30,5 % op het bruto spelresultaat ter dekking van de overheidsfinancien.
2025: 34,2 % bronbelasting op het bruto spelresultaat.
Planning per 1 januari 2026: 37,8 % bronbelasting op het bruto spelresultaat.
Sinds 2021 betalen we bovendien 1,7 % om de Kansspelautoriteit te financieren en 0,25 % voor het fonds verslavingspreventie.
Afdrachten aan de sport
Paul Klomp vervolgt: "Er is nooit een goede balans geweest tussen inkomsten voor de totalisator en de unkomsten voor de sport.
Ter vergelijking, Ladbrokes maakte destijds jaarlijks 20 miljoen gulden over. Autotote betaalde in de eerste periode nog 9 miljoen gulden. Dat kon nooit uit. Daarom haakte de ene na de andere organisatie aŁ. De omzet op het totale Nederlandse spel is op dit moment zo'n beetje 4,5 tot 5 miljoen per jaar. Wettelijk is afgesproken dat ZEturf aan de SNDR 10 % van het bruto spelresultaat van de Nederlandse wedomzet op Nederlandse koersen afdraagt. Dat bruto spelresultaat is 20 %, dus 9 ton. Alsmede is contractueel overgekomen dat we 50 % van het netto spelresultaat (bruto spelresultaat minus vaste kosten, belasting, afdrachten) overmaken naar de sport. Dat komt neer op een bedrag richting 350.000 per jaar. De sport krijgt geen afdracht van ZEturf over hetgeen Nederlanders op buitenlandse koersen wedden. Het spel vanuit Frankrijk gaat via de PMU en staat los van ZEturf. Van die omzet betaalt PMU een geringe afdracht aan SNDR en de betreffende banen. In hoeverre banen van onze afdracht profiteren verschilt ook. Alkmaar krijgt zo'n 5.000- 6.000 per meeting, ongeveer de helft van het prijzengeld van zo'n koersdag. Onze exploitatie is al verlieslatend, dus we hebben ook echt de mogelijkheid niet meer om extra sponsoring te doen, buiten hetgeen we bijvoorbeeld op Alkmaar doen. Collega's van ons, zoals Holland Casino, jack's en Fairplay sluiten diverse vestigingen omdat ze niet meer kostendekkend zijn, door de opeenstapeling van regels en toegenomen kosten.
Boven: Huliging van de winnaars van de Viereneenhalve Kilometer in 2025,
met natuurlijk de kaasdragers erbij. In Alkmaar gaat het redelijk goed,
maar zonder sponsors zou dat niet lukken.
Namens de sponsor ZEturf zien we Bert van Dooyeweerd (links)
en Paul Klomp (4e van links).
(foto Remon Stroomer)
Wet op de kansspelen
ZEturf betaalde in 2017 nog 1,3 miljoen aan afdracht aan de SNDR. Door de nieuwe Wet op de Kansspelen en de wet Kansspelen op
Afstand uit 2021 was duidelijk dat ZEturf dit niet langer kon betalen. De directe kosten voorvloeiend uit de wijziging in de
Kansspelbelasting zorgde voor een toename van de kosten met 1,8 miljoen. Dus als ZEturf helemaal niets meer zou betalen aan de
NDR, zou er nog steeds een gat van 500.000 ontstaan. Ter compensatie van deze maatregelen kreeg de sport in 2021 een
eenmalig bedrag van 3,15 miljoen. Daarvan was 250.000 rechtstreeks voor de Kortebaan Bond. Resteert 2,9 miljoen voor de SNDR.
Dit geld was bedoeld om het businessmodel van de sport te veranderen naar een duurzame andere exploitatievorm. Uit angst dat de
Europese Commissie deze bijdrage zou opvatten als staatssteun, durfde de SNDR lang niet aan dit bedrag te komen. Heel zorgvuldig beleid", aldus Paul Klomp. Europa had er gelukkig geen moeite mee.
Van dat nieuwe businessmodel is nog niet veel gebleken. De indruk wordt echter nu gewekt dat veel geld uit deze pot is gebruikt
om aan renteverplichtingen te voldoen. Als dat zo is, dan is dat volstrekt oneigenlijk gebruik van het geld. Het zal duidelijk zijn dat de bijdrage van ZEturf aan de sport fors afgenomen is tot net iets meer is dan een afrondingsverschil achter de komma. Klomp
verwijst naar een citaat van Peter Delis, die had becijferd dat de wedomzet verantwoordelijk zal zijn voor 15-20 % van de totale
exploitatie, waar dat vroeger 90 % was. Wil de Nederlandse sport dus voorkomen dat alleen nog gereden wordt voor een rozet en een bos bloemen dan dient er iets te gebeuren. Zoveel is duidelijk.
Marketing
Hoe zichtbaar is de wedorganisatie en in hoeverre is deze verantwoordelijk voor het succes van de bedrijfstak? Paul Klomp: "Op
dit moment hebben we 18 verkooppunten, waarvan Tim's Palace in Alkmaar het grootste is. Daar speelt het sociale aspect een
belangrijke rol. De andere punten betreffen terminals bij Primera en dergelijke. Daar hebben de mensen ook keuze uit andere
spelletjes. Bij de kortebaan in Santpoort rukken we uit met 11 medewerkers. Dat is echt groots. De bezoekers aan de kortebaan hebben een
lokale feestdag, kijken naar de paarden en nemen een consumptie. Ze spelen wel, maar alleen op de kortebaan waar ze op dat
moment zijn en het lukt ons niet ze te interesseren voor de langebaan. Sommige weddenschappen, zoals winnend en plaats,
maken per definitie geen winst. Maar ze behoren er nu eenmaal bij. Als mensen mij zeggen: er moet meer reclame gemaakt
worden, dan zeg ik: `maar waarvoor? Voor de sport of voor het wedden of voor allebei?' Dat is zo lastig in Nederland, met de
verdeling tussen de sportbond, de SNDR, en de individuele banen. In Alkmaar is het gezellig, met goed eten en daar hebben ze het
goed voor elkaar. Ze organiseren 9 gelijkwaardige evenementen per jaar. Wolvega moet het gehele jaar meetings organiseren,
dus ook's ochtends of tijdens de lunch. Dan is het natuurlijk minder gezellig dan tijdens de Giganten. We hebben in samenwerking
met TrotR geprobeerd publiciteit te generen met de documentaire over Etonnant. We zouden eerst Frisbee d'Am volgen tijdens zijn
tocht richting de Elitloppet, maar deze raakte geblesseerd. Richard Westerink had nog een ander paard paraat en dat was Etonnant. We hadden allemaal eerst onze twijfels, ook Richard, maar hij begon het ineens fantastisch te doen en zo won hij in 2022 de
Elitloppet. Het werd een mooie documentaire, maar het probleem met onze sport is dat er nooit een vervolg is. Nooit een langdurig
en breed gedragen plan. Men gunt elkaar ook zo weinig."
Boven: Prijs der Giganten 2023. De Franse superhengst Etonnant was
de grote publiekstrekker en Richard Westerink en rijder Anthony Barrier
hadden supportersvlaggen uitgedeeld. Victoria Park was daardoor
blauw gekleurd. Er waren 4.000 toeschouwers op het spektakel
afgekomen.
(foto Geert Koops)
Samenwerking
De SNDR is de eigenaar van de beelden, dat is een belangrijk uitgangspunt. Dus als iemand elke week via een van de sportzenders een koers onder de aandacht wil brengen, dan moeten partijen samenwerken, maar iedereen kijkt naar elkaar. Klomp vervolgt: "Alkmaar neemt gelukkig gewoon het initiatief en dat pakt goed uit. Maar dit voorbeeld is niet eenvoudig te kopiëren. De basis blijft altijd de sport. Wil je een wedproduct of een sportproduct waarop
je kunt wedden? Wat mij betreft koersen we op momenten dat de tribunes vol zitten. Dan heb ik de grootste kans om nieuwe klanten te werven. Op woensdagochtend lukt me dat niet als er 50 mensen op de baan zijn. Dat is min of meer gestuurd vanuit de PMU, maar
ZEturf heeft daar niet zoveel aan. Meer spelsoorten leidt niet per definitie tot meer klanten. Hoe die nieuwe spelers te krijgen is heel lastig. ZEbet klanten van onze andere spelletjes hebben we in het verleden weleens een gratis weddenschap aangeboden om een keer mee te doen op de Grand National. Daar werd massaal gebruik van gemaakt, maar het grootste deel daarvan heeft daarna
niet uit zichzelf weer een weddenschap geplaatst op een paardenrace. Ik wil ons vooral vergelijken met andere sportweddenschappen. Onze nieuwe klanten moeten toch vooral geworven worden op de banen, waar ze de sport leuk vinden en vervolgens gaan spelen. ZEturf is volgend in die zin dat zij afhankelijk is van de investeringen, die in de sport gedaan worden om nieuw publiek te
werven, zowel voor eigenaren als voor wedders. Maar hoe dan ook zal de toto-afdracht slechts een deel van de exploitatie
blijven."
Toekomst
Al met al geen vrolijk beeld. Over de vraag of ZEturf over twee jaar de licentie voor het landgebonden/offline spel wil verlengen laat Klomp zich niet uit. Wat is de motivatie om door te gaan? Als je het samenvat, met alle fiscale en wettelijke eisen, is het wedbedrijf een organisatie waar iedereen druk bezig is met het rondpompen van geld zonder dat er iets verdiend wordt. "Onze nieuwe eigenaar zal er ook iets van vinden. We weten niet hoe FdJ daar tegenaan kijkt. We bieden ook andere spelletjes aan met vaste odds. Maar hoe je het ook wendt of keert, onze sport is een -kleine- niche in de gokwereld. Ook internationaal. Wereldwijd zie je de omzetten op paardenkoersen teruggaan. Of het businessmodel van de draf- en rensport nog houdbaar is vind ik moeilijk te beantwoorden. Je ziet natuurlijk nu al dat veel trainers hun heil in het buitenland zoeken. Die hebben een hybride model gevonden. Het is natuurlijk leuk als je paard in Zweden een koers wint, maar je wil ze ook weleens live zien. Daar hebben en fokken mensen een paard voor. Mensen als Paul Hagoort kopen paarden tussen E 20.000 en 200.000, dus er moet ook wat verdiend worden."
Over 5 jaar?
Waar we over 5 jaar staan? Paul Klomp: "De sport zal altijd blijven bestaan; maar hoe? We moeten niet denken dat de belastingmaatregelen van tafel gaan als we op het Malieveld gaan protesteren. Als het in Frankrijk nog slechter wordt, wat doen ze dan met de buitenlandse koersen? Hun reflex is om voornamelijk naar hun eigen belang te kijken. Denk niet dat het daar allemaal zo goed gaat omdat de belanghebbenden uit de industrie in Parijs de straat zijn opgegaan en dat daardoor het belastingplan niet is doorgegaan. Door het aftreden van de regering is het oude belastingplan weer uit de kast gehaald. En let op: de totale belastingdruk in Frankrijk is 57%. Maar de omzet is er meer dan 9 miljard, dus er is gewoon meer te verdelen. Wat wil de sport zijn? Een publiekssport of een veredelde amateursport?
Net zoals met voetbal is Nederland ook in de paardensport een opleidingsland. Het motto was altijd: verhoog het prijzengeld en de rest volgt vanzelf. Dat blijkt dus niet zo te werken. Sinds Casper Veldink Lindetrek in 2010 ombouwde tot Victoria Park zijn de
prijzengelden structureel enorm toegenomen. Van 2 miljoen naar gemiddeld 2,6 miljoen euro de laatste drie jaar. Gemiddeld
per koers is dat een toename van 2.505 naar 4.600. (Mede door het verplichte hoge prijzengeld in de koersen voor Franse paarden) Uiteindelijk heeft dat voor het paardenbestand in Nederland niets gedaan.
De professionaliteit is enorm toegenomen, maar je ziet bijna geen eigenaar-rijders en -trainers meer. Dat zie je trouwens ook al
met de velden op Vincennes, waar je de toptrainers tegenkomt en je als `gewone' trainer moet strijden om het vierde geld.
Concluderend is dat ik geen hosanna verhaal kan vertellen. Ik weet niet hoe het afloopt."
Boven: Klomp was ook aanwezig bij de sessie die op 12 maart 2025
in Alkmaar werd gehouden om de sport een nieuwe structuur
te geven. "De sport zal altijd blijven bestaan, maar hoe?"
Op de eerste rij zien we v.l.n.r. van SNDR-zijde
Menno de Jager, Paul Mulder en Marjolein Wolsink
en rechts daarvan Paul Klomp van ZEturf.
Op de 2e rij links Robin Goudsblom van SEDA,
de exploitant van de drafbaan in Alkmaar.
(foto Remon Stroomer)
Koerswezen
Voor de ontwikkeling van de toto-omzetten en het prijzengeld
vanaf 1949 tot heden: Click hier
De geschiedenis van het wedden op paarden in NL
Voor een artikel over de geschiedenis van de totalisator:
Click hier
Totalisatorverbod 1911-1948
Voor een artikel over dit desastreuze toto-verbod:
Click hier
|